Ik geloof dat wij als volwassenen nog een stuk van onze kindertijd dragen. Onze dromen en fantasieën blijven nog binnen ons zelf. We wilden van alles zijn. Op het eind willen wij grote mensen met groot belangrijke verantwoordelijkheden zijn. Als je een kind bent mag je van alles zijn, je mag alles dromen en alles hopen maar als we groeien en volwassenen worden krijgen wij minder keuzen. Ofschoon geloof ik nog dat wie wij in onze jeugd waren, zijn we zo nog, allen maar in een verschillende manier.
Wie was ik?
Ik was de stilste kind ter wereld. Ik was altijd over alles nieuwsgierig maar ook te verlegen om iets te vragen. Ik wilde niemand met mijn vragen of behoeften ergeren. Ik voel me beter als ik het alles mezelf doe. Ik durfde nooit om hulp te vragen. Ik wilde het beste te zijn en iedereen op mij trots maken. Ik wilde verhalen maken en tekenen. Ik wilde het beste tekenaar ter wereld worden. Ook wilde ik een antropoloog zijn, meer over oude civilisaties leren en oude geheimen ontdekken. Ik was altijd een zelfstandig en verlegen kind.
Ik vond het eng met mensen te praten, met uitzondering van mijn familie en mijn leraren. Ik haatte van eten en vond ik het een tijdverspilling. Maar ik droomde, ik droomde veel en altijd, dag en nacht. Ik leerde om te vliegen net als je zwemmen leren. Ik leerde om te luisteren net als je praten leren. Ik leerde de verkeerde dingen voor deze leven en ik dacht, wie zou ik in de toekomst zijn, als ik niet aan deze wereld paste?
Wie ben ik nu?
Ik ben nog stil als ik jou niet goed ken. Ik ben nog nieuwsgierig maar nu word het een beetje moeilijk om nieuwe dingen te vinden. Ik kan nog niet zo goed over dingen vragen. Ik liever nog van kijken en luisteren. Ik vind het nog beter als ik kan iets mezelf doen. Ik wil niet meer de beste zijn maar mijn beste doen. Ik wil niet meer mensen trots op mij maken, maar me trots op mezelf maken. Ik wil graag veel schrijven en veel boeken met mooi tekeningen maken. Als ik nog niet met iedereen kan praten, dan wil ik wel aan iedereen schrijven.
Ik wil nog veel uit de wereld ontdekken maar dat wordt nu makkelijker met technologie. Ik houd nu van koken en zeker ook van eten. Ik droom nog, ik voel me me als ik nog in een droom leef. Misschien. Ik heb gevlogen, naar een nieuwe land en een nieuwe leven. Ik leer nu om te praten, niet met de taal, maar met mijn hart. Ik weet het nu dat misschien kan ik aan deze wereld passen en ik moet allen maar mezelf durven te zijn. Zelf als mensen mijn raar vind.
Ik probeer nog om iemand te zijn, juist toen ik een kind was. Maar ik geloof nu dat ik niet de enige ben. Dat iedereen wil iemand zijn, en dat is een droom van uit onze kindertijd dat zou nooit weg gaan.
Geen opmerkingen
Een reactie posten